Mahalia - kindertrui met korte mouwen
in Catania
leergierige beginners
Ontwerp S11300 van Schachenmayr.com
Design Käte Stödter
Dit heb je nodig
- Schachenmayr Catania, bolletje van 50 g
ca. 50 g ≈ 125 m
kl 00114 (cyclam) 2, 2, 3, 3 bolletjes
kl 00189 (jaffa) 1, 1, 1, 1 bolletje
kl 00208 (sonne) 1, 1, 1, 1 bolletje
kl 00400 (ocean) 1, 1, 1, 1 bolletje
kl 00426 (fuchs) 1, 1, 1, 1 bolletje
De etiketten controleren en alleen bolletjes van dezelfde
kleurpartij nemen. De hoeveelheid garen kan van persoon tot persoon verschillen. - 1 rondbreinld 3,0 mm, 40 cm en 60 cm lang
- 1 rondbreinld 3,5 mm, 60 cm lang
- 6 markeerringen (MR)
- 1 borduurnaald
Catania (50gr/125m)
Stekenverhouding
Bobbelpatroon met nld 3,5 mm:
22 s en 32 nld = 10 x 10 cm
Als de afmetingen van het proeflapje afwijken, met dunnere of dikkere naalden breien.
Afkortingen
- av = averecht
- heeng = heengaand
- N / nld = naald
- PG = patroongedeelte
- s = steek (steken)
- terugg = teruggaand
- T / t = toer
Basistechnieken
Boordpatroon met nld 3,0 mm:
- Heeng nld: afwisselend 1 s recht, 1 s av.
- Terugg nld: de s br zoals ze zich voordoen.
- In toeren: afwisselend 1 s rechts, 1 s av breien.
Bobbelpatroon met nld 3,5 mm:
- Volgens breischema breien. De heeng nld van rechts naar links
lezen. - In de niet-getekende terugg nld de s av breien. De s vóór het PG breien, het PG van 4 s herhalen, de 2 s na het PG breien.
- De 1e tot 12e nld herhalen.
Meerderingen:
- 1 s recht gedraaid bij het dwarsdraadje breien.
Volgorde kleuren:
- 4 nld Cyclam, 6 nld * Sonne, Jaffa, Fuchs, Ocean, Cyclam,
vanaf * herhalen.
Instructies
De gegevens voor de afzonderlijke maten staan van klein naar groot in verschillende kleuren achter elkaar, gescheiden door streepjes. Als er slechts 1 getal staat, geldt dit voor alle maten.
Achterpand
- Met Cyclam 81/85/89/101 s met nld 3,0 mm opzetten en 4 cm in boordpatroon breien.
- Met nld 3,5 mm in bobbelpatroon volgens de volgorde van kleuren in de volgende indeling breien: kants, de s vóór het PG breien, 19/20/21/24x
het PG van 4 s breien (= 76/80/84/96 s), de 2 s na het PG breien, kants. - Na 27/30/33/36 cm vanaf de opzet voor de armsgaten aan weerszijden een markeerring vastzetten.
- Na 42/46/50/54 cm vanaf de opzet de s afkanten.
- De middelste 29/29/31/35 s voor de halsrand met markeerringen aangeven. De buitenste 26/28/29/33 s zijn voor de schouder.
Voorpand
- Net als het achterpand breien, maar met lagere halsrand.
- Na 35,5/39,5/43/46 cm vanaf de opzet voor de halsrand de middelste 13/13/15/19 s afkanten en beide kanten apart afwerken, daarbij bij de halsrand in elke 2e nld steeds 1x 3 s, 1x 2 s en 3x 1 s afkanten.
- Na 42/46/50/54 cm vanaf de opzet de resterende 26/28/29/33 s voor de schouder afkanten
Mouwen
- Met Cyclam 57/63/67/71 s met nld 3,0 mm opzetten en 3 cm in boordpatroon breien.
- Met nld 3,5 mm in bobbelpatroon volgens de volgorde van kleuren breien. Hiervoor in de 1e nld mooi verdeeld 12/10/10/10 s meerderen en in de volgende indeling breien: kants, de s vóór het PG breien, 16/17/18/19x het PG van 4 s breien (= 64/68/72/76 s), de 2 s na het PG breien, kants = 69/73/77/81 s.
- Na 11/12/13/14 cm vanaf de opzet de s afkanten.
- De 2e mouw hetzelfde breien.
Afwerking
De delen spannen, vochtig maken en laten drogen. Schoudernaden sluiten. De mouwen tussen de markeerringen vastzetten. Zijnaden en mouwnaden sluiten.
Halsbies
- Met Cyclam bij de halsrand mooi verdeeld 76/76/78/82 s met de korte rondbreinld 3,0 mm opnemen en in het rond sluiten.
- 3 cm in boordpatroon breien.
- Dan de s afkanten, zoals ze zich voordoen.
De draden instoppen.