Filou - Fair isle kerstdebardeur
breiers met veel ervaring
korte intro
Maat
S (M-L-XL)
Dit heb je nodig
- Rondbreinaald 6 mm - 100 cm van Prym
- Rondbreinaald 5 mm - 100 cm van Prym
- 1 wolnaald van Prym
- Stekenmarkeerringen van Prym
-
- Tabel met aantal bollen per maat:
S | M | L | XL | |
Spectacolo Goud | 1 | 1 | 2 | 2 |
Alice paars | 3 | 3 | 4 | 4 |
Alice écru | 1 | 1 | 2 | 2 |
Audrey lichtblauw | 1 | 1 | 2 | 2 |
Mon cheri goud | 1 | 1 | 1 | 1 |
Lys lila | 2 | 2 | 3 | 3 |
Rico Creative Bubble goud | 1 | 1 | 1 | 1 |
Firenze lichtblauw | 1 | 1 | 2 | 2 |
Stekenverhouding
10 x 10 cm = 17 steken en 21 rijen in jacquardpatroon met 6 mm rondbreinaalden.
Gebruikte steken
Boordsteek 2/2
- 1ste rij: afwisselend 2 rechte en 2 averechte steken breien.
- 2de rij en alle volgende rijen: de steken breien zoals ze zich voordoen (recht boven recht en averecht boven averecht).
Tricotsteek heen en terug breiend (heen en weer)
- 1ste rij: alle steken recht breien.
- 2de rij: alle steken averecht breien.
- Deze 2 rijen steeds herhalen.
Tricotsteek op rondbreinaalden
- Alle rijen recht breien.
Zo maak je het
Rug- en voorpand
- Zet 172 (180 - 188 - 192) steken op met rondbreinaald 5 mm en Alice kleur paars en brei 10 rijen boordsteek 2/2. Plaats een stekenmarkeerder aan het begin van de toer. Lees eventueel eerst de tips onderaan vooraleer je verder breit.
- Ga verder met rondbreinaald 6 mm en volg het jacquardpatroon tot een totale hoogte van 30 cm. Plaats halverwege het werk nog een stekenmarkeerder om de fictieve zijnaden aan te duiden.
- Wanneer je aan het gedeelte van het jacquardpatroon komt waarin Lys wordt gebreid, onthoud dan goed dat je 3 draden Lys tezamen moet breien.
- Brei nu voor het rugpand heen en weer: brei de steken tussen de stekenmarkeerders afwisselend een rij recht en een rij averecht.
- Kant aan weerszijden om de twee rijen 1 keer 3 steken, 1 keer 2 steken en 1 keer 1 steek af. Er blijven 74 (78 - 82 - 84) steken over.
- Minder daarna om de twee rijen aan weerszijden één steek. In het begin van de rij doe je dit door de eerste steek af te halen, de tweede steek te breien en dan de afgehaalde steek over de gebreide steek te halen. Op het einde van de rij brei je de laatste twee steken samen. Doe dit in het totaal 3 keer. Er blijven 68 (72 - 76 - 78) steken over.
- Brei verder tot een totale hoogte van 54 (54 - 55 - 55) cm en kant de steken losjes af.
- Ga nu verder met de steken van het voorpand. Brei de minderingen voor het armsgat zoals het rugpand, en zet tegelijkertijd op een totale hoogte van 34 (34 - 35 - 35) cm de middelste 2 steken in wacht op een stekenmarkeerder.
- Brei de twee helften nu verder apart en minder aan halszijde voor de V-hals om de 2 rijen 1 steek. Doe dit door de twee laatste steken samen te breien of in het begin van een rij weer te werken met een overhaling zoals hoger beschreven. Doe dit in het totaal 18 keer. Je houdt voor elke schouder 15 (17 - 19 - 20) steken over. Brei verder tot een totale hoogte van 54 (54 - 55 - 55) cm en kant de steken losjes af.
- Sluit de schoudernaden.
Halsboordje
- Neem met breinaalden 5 mm en Alice kleur paars steken op rondom de V-hals en begin in de nek rechts achteraan. Doe dit met de goede kant van het werk naar je toe. Neem in elke afgekante steek in de nek 1 steek op, neem dan aan de schuine zijde per rij 1 steek op, neem dan de 2 steken in wacht op en brei ze ineens recht, daarna de steken aan de andere schuine zijde.
- Tip: Let erop dat het aantal van de ene kant gelijk is aan het aantal van de andere kant. Zorg ervoor dat het totaal aantal steken deelbaar is door vier.
- Plaats tussen de twee steken die in wacht stonden een stekenmarkeerder en tel uit, beginnende bij deze twee steken, of je met recht of averecht moet beginnen te breien. Plaats aan het begin van de toer ook een stekenmarkeerder en brei boordsteek 2/2 tot twee steken voor de stekenmarkeerder in de punt. Brei de volgende twee steken samen recht, verplaats de stekenmarkeerder, haal de volgende steek recht af, brei de volgende steek en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek. Ga verder met boordsteek en herhaal dit maneuver in de punt elke toer. De steken die je samen verwerkt tot een mindering in de punt worden altijd recht gebreid. De andere steken worden gebreid zoals ze zich voordoen, dus het zal meermaals gebeuren dat je in de punt meer dan twee rechte steken na elkaar hebt.
- Brei tot een hoogte van 3,5 cm en kant de steken losjes af.
Mouwboordjes
- Raap met breinaalden 5 mm en Alice kleur paars steken op beginnende op het punt tussen daar waar je 1 steek moest afkanten en daar waar je de eerste van de drie minderingen maakte. Doe dit met de goede kant van het werk naar je toe. Raap in elke rij een steek op en maak de laatste steek op hetzelfde punt aan de andere kant zoals hierboven beschreven. Er blijft in het begin en op het einde een schuine rand over waar je geen steken hebt opgeraapt. Dit is de plek waar je eerst 3, dan 2 en dan 1 steek hebt moeten afkanten.
- Brei boordsteek 2/2 en maak op het einde van de rij 1 steek bij. Doe dit op elke rij en brei tot een totale hoogte van 3,5 cm. Door telkens een steek te meerderen vorm je een schuine rand die perfect past in de schuine rand van het armsgat waar je 3-2-1 steken hebt afgekant.
- Kant de steken losjes af en naai de schuine spie opzij vast zodat de twee uiteinden van bijgezette steken elkaar mooi in het midden raken.
Afwerking
- Stop alle draadjes in.
- Leg het werk op een yogamatje, span het op en bevochtig het met een plantenspuit. Laat 24 uur drogen.
Tips
- Maak eerst een proeflapje, zowel met de rondbreinaalden in het rond gebreid als nog een extra proeflapje heen en weer. Het zou kunnen dat er tussen deze twee stekenverhoudingen een verschil is, en dit kan je oplossen door de dikte van de naalden aan te passen op het moment dat je overschakelt van rondbreien naar heen en weer breien.
- Maak eventueel gebruik van een extra lange kabel op de rondbreinaald die je met de magic loop methode doorheen heel je project kan verder gebruiken.
- Op het moment dat je heen en weer breit en je zou de eerste of laatste steek in een andere kleur moeten doen dan de tweede of de voorlaatste in de jacquardtekening, doe dit dan niet en gebruik dezelfde kleur als de tweede of voorlaatste steek. Dit doe je omdat de eerste en de laatste steek wegvallen bij het oprapen van steken voor de mouwboordjes of kraag. Bij het rondbreien is dit uiteraard niet van toepassing.
- Vanaf het moment dat je steken gaat afkanten/minderen wordt het moeilijker om de tekening juist te tellen en kan je best bij elke herhaling van vier steken in het begin en ook op het einde van de rij om de vier steken een stekenmarkeerder plaatsen daar waar het rapport van vier steken begint. Daar je in het totaal aan weerszijden 9 steken wegwerkt, is het voldoende om aan weerskanten 3 stekenmarkeerders te plaatsen. Dit zal het telwerk een pak makkelijker maken en zo blijft de tekening mooi uitkomen doorheen heel het werk.
- Als je een bepaalde kleur twee of drie toeren verder nog eens nodig hebt moet je die niet afhechten, maar ze in het begin van de toer even mee inbreien en als je ze verder nodig hebt gewoon weer meenemen. Dit is alleen van toepassing bij het rondbreien want bij het heen en weer breien hangt die draad meestal aan de verkeerde kant.
- Wacht niet tot op het einde van het breiwerk om draadjes in te stoppen, maar doe dit bvb per segment of brei eindjes mee in zoals je draden achteraan je werk mee inbreit tijdens het jacquardbreien.
- Als je 2 stekenmarkeerders aanbrengt in je werk, gebruik dan best twee verschillende kleuren. Bij het lijf, zodat je weet welke de kleur is van het begin van de toer en de andere waar de andere fictieve zijnaad wordt aangeduid. Bij de halsboord is het dan om het begin van de toer aan te duiden enerzijds en het puntje van de V-hals anderzijds.

