Elio - gehaakte maskertjes 
in Apilou Big

Zo maak je het

Het witte maskertje

• Haak een ketting van 26 lossen.

• 1e toer: Haak een vaste in elke steek, begin in de 2e steek vanaf de haaknaald (25 vasten).

• 2de toer: Haak een keerlosse, en haak een vaste in elke vaste.

• 3de toer: Herhaal de 2de toer.

• 4de toer: Haak direct een vaste in de 1ste vaste vanaf de haaknaald, haak geen keerlosse. Haak 9 lossen, sla 9 vasten over en haak terug een vaste in de 10e steek om het oog te vormen. Haak 2 vasten. Haak 9 lossen, sla 9 steken over en haak een vaste in de 10e steek, eindig met 1 vaste.

• 5de toer: Haak een keerlosse, en 1 vaste in de vaste. Haak vervolgens 13 stokjes in de 3 lossen van de voorgaande toer (afwisselend 1 stokje en 2 stokjes per losse). Haak de 3 vasten tussen de ogen in de achterste lus. Haak 13 stokjes in de 9 lossen van de vorige rij. Haak een vaste in de vaste van de vorige rij en sluit af met een halve vaste. Knip de draad af en stop de eindjes in.

Het blauwe maskertje

• Haak zoals het witte maskertje.

• Haak het eerste oor als volgt:

  • haak 1 vaste aan de rechterbovenkant van het masker, keer.

  • Haak een keerlosse, haak 7 vasten in de bovenkant van het masker. Keer, sla de eerste vaste over en haak 6 vasten. Keer, sla de eerste vaste over en haak 5 vasten. Keer, sla de eerste vaste over en haak 4 vasten. Keer, sla de eerste vaste over en haak 3 vasten. Keer om, sla de eerste vaste over en haak 2 vasten. Keer nog een laatste keer, sla de eerste vaste over en haak een vaste. Je hebt nu een oor in de vorm van een driehoek. Maak een keerlosse en haak 10 vasten aan de zijkant van het oor en het masker naar onderen toe.

• Werk de onderkant van het maskertje af als volgt:

  • *haak 2 vasten in de eerste steek, haak 1 vaste in de volgende steek*, herhaal nog 3 keer.

  • Haak 2 vasten, 4 halve vasten, 2 vasten, tot je aan de uitsnijding voor de neus komt. Haak 2 halve vasten in de middelste steken. Haak verder over de steken van de lossenketting: 4 halve vasten, *2 vasten in 1 steek, 1 vaste in de volgende steek*. Herhaal van * tot * nog 3 keer. Haak nog 2 vasten in de onderkant van het masker en 5 steken aan de zijkant.

• Je bent nu aangekomen bij de linkerbovenkant van het masker, waar het tweede oor gehaakt wordt:

  • haak een losse, haak 7 vasten in de bovenkant van het masker. Keer, sla de eerste vaste over en haak 6 vasten. Keer, sla de eerste vaste over en haak 5 vasten. Keer, sla de eerste vaste over en haak 4 vasten. Keer, sla de eerste vaste over en haak 3 vasten. Keer om, sla de eerste vaste over en haak 2 vasten. Keer nog een laatste keer, sla de eerste vaste over en haak een vaste. Je hebt nu een oor in de vorm van een driehoek.

• Werk de bovenkant van het masker af, begin met een halve vaste in het puntje van een van de oren:

  • Haak 3 vasten in 1 vaste bovenaan het oor, en haak vervolgens 6 vasten in de richting van het midden van het masker. Haak een half stokje aan de basis van het oor, 10 halve stokjes op de bovenkant van het masker waarbij het laatste halve stokje in de basis van het andere oor zit. Haak 6 vasten in de richting van de punt van het oor, en 3 vasten in de bovenste steek van het oor. Eindig met een halve vaste, knip de draad af en stop de eindjes in.

Het rode maskertje

• Het rode maskertje wordt op de zelfde manier gehaakt als het blauwe maskertje, en nadien afgewerkt met geborduurde details op het oor.
• Borduurwerk:
  • Borduur de details van het oor met het witte garen.

Afwerking

• De maskertjes worden vastgebonden met 2 lossenkettingen. Haak 2 lossenkettingen van 80 steken en haal deze door de steken aan de buitenkant van het maskertje. Eventueel kun je de lossenketting ook dubbelvouwen en vastnaaien aan de binnenkant van het maskertje.  

• Bevochtig het masker met water, speld het in vorm op een handdoek en laat het drogen. Let bij het in vorm spelden vooral op de ogen zodat die mooi open blijven.