Azana - topje
in Catania
Een beetje ervaring 
Ontwerp S11298 van Schachenmayr.com
Design Käte Stödter
Dit heb je nodig
- Schachenmayr Catania, bolletje van 50 g
ca. 50 g ≈ 125 m
kl 00114 (cyclam) 3, 3, 4, 4, 4 bolletjes
kl 00426 (fuchs) 1, 1, 2, 2, 2 bolletjes
kl 00128 (fuchsia) 1 bolletje
kl 00189 (jaffa) 1 bolletje
kl 00400 (ocean) 1 bolletje
De etiketten controleren en alleen bolletjes van dezelfde
kleurpartij nemen. De hoeveelheid garen kan van persoon
tot persoon verschillen. - 1 rondbreinld 3,5 mm, 80 cm en 120 cm lang
- 8 markeerringen (MR)
- 1 borduurnaald
Catania (50gr/125m)
Stekenverhouding
Gemiddeld proeflapje met nld 3,5 mm:
10 x 10 cm = 19,5 s en 30 nld
Als de afmetingen van het proeflapje afwijken, met dunnere of dikkere naalden breien.
Afkortingen
- av = averecht
- heeng = heengaand
- N / nld = naald
- PG = patroongedeelte
- s = steek (steken)
- terugg = teruggaand
- T / t = toer
Basistechnieken
Boordpatroon met nld 3,5 mm:
- Heeng nld: afwisselend 2 s recht, 2 s av.
- Terugg nld: de s br zoals ze zich voordoen.
- In toeren: afwisselend 2 s recht, 2 s av.
Tricotsteek met nld 3,5 mm:
- Heeng nld: recht. Terugg nld: av.
- In toeren: alle s recht breien.
Ribbels met nld 3,5 mm:
- Heeng en terugg nld: alle s recht breien.
- In toeren: afwisselend 1 toer recht, 1 toer av.
Gaatjespatroon met nld 3,5 mm:
In toeren:
- T 1: afwisselend 2 s recht samenbreien, 1 omslag
- T 2: recht breien
In heeng en terugg nld:
- N 1: kants, *2 s recht samenbreien, 1 omslag, vanaf * herhalen, 2 s recht, kants
- N 2: kants, av breien, kants
Meerderingen:
- Vóór de 1e s met markeerring en na de 2e s met markeerring steeds 1 s recht gedraaid bij het dwarsdraadje breien.
Minderingen:
- De 1e s met markeerring met de s ervoor resp. met de 2 s
ervoor recht samenbreien; de 2e s met markeerring recht
afhalen, 1 s recht resp. 2 s recht samenbreien, dan de afgehaalde s eroverheen halen.
Volgorde van kleuren en patronen:
- Opzet en 8 toeren Cyclam in boordpatroon
- 2 t Sonne in tricotsteek
- 2 t Sonne in gaatjespatroon
- 4 t Jaffa in tricotsteek (na 4 t het voor- en achterpand delen)
- 4 nld Jaffa in tricotsteek, 6 nld Ocean in ribbels
- 18/20/22/24/26 nld Fuchs in tricotsteek
- 4 nld Fuchsia in tricotsteek
- 18/20/22/24/26 nld Cyclam in tricotsteek
- 6 nld/t Sonne in ribbels, 2 t Jaffa in gaatjespatroon
- 4 t Jaffa in tricotsteek
- 2 t Ocean in gaatjespatroon
- 4 t Ocean in tricotsteek
- 6 t Fuchs in tricotsteek
- 4 t Fuchsia in ribbels
- 4 t Cyclam in tricotsteek
- 4 t Sonne in ribbels
- 2 t Jaffa in tricotsteek
- 2 t Ocean in tricotsteek
- 4 t Fuchs in tricotsteek
- 4 t Fuchsia in ribbels
Instructies
De gegevens voor de afzonderlijke maten staan van klein naar groot in verschillende kleuren achter elkaar, gescheiden door streepjes. Als er slechts 1 getal staat, geldt dit voor alle maten.
TIP: het topje bij de halsrand beginnen en naar onderen toe breien (top-down). De pijlen geven de breirichting aan.
Uitvoering
- Met Cyclam voor de halsbies 144/160/176/192/208 s opzetten en in het rond sluiten. Het begin van de toer zit bij de linker schouder tussen voor- en achterpand.
- In de volgorde van kleuren en patronen breien. Na de 1e toer de s voor de
meerderingen als volgt indelen: markeerring bij 1 s recht, 34/38/42/46/50 s, markeerringen bij 2 s recht, 34/38/42/46/50 s, markeerringen bij 2 s recht, 34/38/42/46/50 s, markeerringen bij 2 s recht, 34/38/42/46/50 s, markeerring bij 1 s recht. Dit zijn 8 steken in een toer waar meerderingen uitgevoerd worden. - Na de 2e s met MR in elke 2e t steeds 8x 1 s meerderen = 208/224/240/256/272 s.
- Nu voor het armsgat het werk in voor- en achterpand delen = 104/112/120/128/136 s.
- Voor- en achterpand tot de onderkant van de armsgaten in heeng nld en terugg nld gebreid.
- Voor het voorpand over 104/112/120/128/136 s volgens de volgorde van kleuren en patronen verder breien, daarbij middenvoor naast de 2 s met MR in elke 2e nld een meerdering uitvoeren, bij de armsgaten in elke 2e nld een mindering uitvoeren. Het aantal s blijft zodoende hetzelfde.
- Na 15 cm vanaf de opzet bij de armsgaten niet meer minderen, maar middenvoor wel de meerderingen uitvoeren tot er aan weerszijden 6/8/10/12/14 s gemeerderd werden = 116/128/140/152/164 s.
- Nu de s van het voorpand op een hulpnld leggen en met de 104/112/120/128/136 s voor het achterpand op dezelfde manier verder breien.
- Dan weer alle s op de nld nemen en in toeren verder breien, tot de volgorde van kleuren en patronen klaar is, daarbij middenvoor en middenachter de meerderingen en bij de zijranden de minderingen uitvoeren. Het aantal s blijft hetzelfde.
- Na de laatste 4 t met Fuchsia het werk middenvoor weer delen en met Cyclam over 116/128/140/152/164 s in heeng en terugg nld het rechter en linker zijdeel breien. De minderingen in het midden van het zijpand (= zijlijn van het topje) door laten lopen.
- Tegelijkertijd bij de rechter- en linkerrand in elke 2e nld afwisselend 1 s en 2 s minderen, tot de laatste 2 s in het midden over zijn.
- Dan de s afkanten.
Afwerking
Het topje spannen, vochtig maken en laten drogen.
Onderste bies
- Met Cyclam bij de onderrand 156/172/188/204/220 s opnemen en in het rond sluiten. 6 t ribbels breien en de s recht breien en afkanten.
Bies bij de armsgaten
- Met Cyclam bij de armsgaten steeds 84/88/92/96/100 s opnemen en in het rond sluiten. 4 t ribbels breien en de s recht breien en afkanten.
De draden instoppen
