Selecteer je taal / Choisissez votre langue

Kerstboom haken in Catania TEST

leergierige beginners     

Haak deze leuke kerstboom voor in de kerstboom te hangen. 

In deze serie vind je ook Rudolf en de kerstman:

 

 


1Maat

one size

Dit heb je nodig

  • 1 bol catania groen
  • 1 bol catania rood
  • 1 bol catania wit
  • haaknaald 3 mm
  • pomponnetje


Magic ring maken 
  • Draai de draad over 2 vingers, maak een kruis met en hou de uiteinden goed vast. Zorg dat de draad die aan de bol hangt aan de bovenkant ligt. Steek de haaknaald tussen de 2 vingers en haal de lange, achterste draad onder de eerste lus door.
  • Je hebt nu 1 lus op de haaknaald staan. Haal de draad over de haaknaald en trek deze door de eerste lus, dit is de eerste losse 
  • Haak nu 4 vasten. 


Trek nu voorzichtig het uiteinde aan, hou met de duim en wijsvinger van je ander hand de steken goed vast. De magic ring wordt kleiner en de vasten vormen nu een cirkel. 

De volgende toeren worden telkens in spiraal verder gehaakt. Maak direct de eerste vaste van de volgende toer. 



  • Toer 2: Haak 2 vasten in de eerste steek (je meerdert 1 steek), haak nog 3 vasten. (5 steken)
  • Toer 3: meerder 1, 4 vasten (6)
  • Toer 4:  (meerder 1, 2 vasten) herhaal dit 2x (8)
  • Toer 5:  (meerder 1, 3 vasten) x2 (10)
  • Toer 6: (meerder 1, 4 vasten) x2 (12)
  • Toer 7:(meerder 1, 5 vasten) x2 (14)
  • Toer 8: (meerder 1, 6 vasten) x2 (16)
  • Toer 9: (meerder 1, 7 vasten) x2 (18)
  • Toer 10: (meerder 1, 8 vasten) x2 (20)
  • Toer 11: (meerder 1, 9 vasten) x2 (22)


TIP kleur wisselen

Haak de laatste steek voor de kleurwissel als volgt:

  • Steek de haaknaald in de vaste van de vorige toer.
  • Sla de draad om de haaknaald en trek hem door de steek. Je hebt nu twee lussen op de haaknaald.
  • Neem nu de nieuwe kleur van draad. Sla deze om de haaknaald en trek hem door beide lussen van de vorige kleur.
  • Haak nu verder met de nieuwe kleur. 


Toer 12: Wissel van kleur naar rood, zie TIP hierboven. Haak een vaste in elke steek (12)

Toer 13: Wissel terug naar groen.  (meerder 1, 10 vasten) x2 (24)
Toer 14: (meerder 1, 11 vasten) x2 (26)



Toer 15: Wissel van kleur naar wit. Haak een vaste in elke steek (26)



Toer 16: Wissel terug naar groen.  (meerder 1, 12 vasten) x2 (28) maar haak telkens enkel in de achterse lus. Dit doe je als volgt:

  • Steek de naald in de achterste lus van de steek uit de vorige toer. 
  • Haal de draad door de achterste lus. Er staan nu 2 lussen op de naald.
  • Leg de draad nog eens over de naald en haal deze door de 2 lussen.


Ga zo verder in het strepenpatroon

Toer 18: Wissel naar rood en haak een vaste in elke steek (30)

Toer 19: Wissel naar groen. (meerder 1, 14 vasten) x2 (32)

Toer 20:  (meerder 1, 15 vasten) x2 (34)

Toer 21: Wissel

naar wit en haak een vaste in elke steek (34)

Toer 22: Wissel naar groen. (meerder 1, 16 vasten) x2 maar haak telkens enkel in de achterse lus (36)

Toer 23: (meerder 1, 17 vasten) x2 (38)

Toer 24: Wissel naar rood en haak een vaste in elke steek (38)

Toer 25: Wissel naar groen. (meerder 1, 18 vasten) x2 (40)

Toer 26: (meerder 1, 19 vasten) x2 (42)

Toer 27: Wissel naar wit en haak een vaste in elke steek (42)

Toer 28: Wissel naar groen (meerder 1, 20 vasten) x2 maar haak telkens enkel in de achterse lus(44)

Toer 29: Haak een vaste in elke steek (44)

Toer 30: (meerder 1, 21 vasten) x2 (46)

Toer 31: Haak een vaste in elke steek (46)