Gaia - T-shirt met open structuur
in Summer Tweed
Met een beetje ervaring
korte intro
Maat
S (M-L-XL)
Dit heb je nodig
- Aluminium rondbreinaald 3,5 mm - 100 cm van Prym
- Aluminium breinaalden 4 mm van Prym
- 1 wolnaald van Prym
- 350 (400 - 400 - 450) g Summer Tweed
- Atelier veritas
- Wol lys
Summer Tweed (50gr/125m)
Stekenverhouding
10 x 10 cm = 23 steken en 29 rijen in fantasiesteek
Gebruikte steken
Boordsteek 1/1
- 1ste rij: afwisselend 1 rechte en 1 averechte steek breien.
- 2de rij en alle volgende rijen: de steken breien zoals ze zich voordoen (recht boven recht en averecht boven averecht).
Rechte tricotsteek
- 1ste rij: alle steken recht breien.
- 2de rij: alle steken averecht breien.
- Deze 2 rijen steeds herhalen.
Fantasiesteek met verticaal ajourpatroon
- Zet een veelvoud steken op van 6 + 3 steken extra
- Brei 3 steken recht,* maak een omslag, maak een dubbele mindering (1 steek afhalen, 2 steken samenbreien, afgehaalde steek over de samengebreide steek halen), maak nog een omslag en brei 3 steken recht*. Herhaal tot het einde van de rij. Je eindigt altijd met 3 steken recht.
- De volgende rij alle steken averecht breien.
- Deze twee rijen telkens herhalen.
Zo maak je het
Rugpand
- Zet met breinaalden 4 mm 111 (123 - 135 - 147) steken op en brei 3 cm boordsteek 1/1. Begin en eindig de rij met een rechte steek.
- Brei vervolgens verder in de fantasiesteek (met verticaal ajourpatroon) tot een totale hoogte van 32 (33 - 34 - 35) cm en kant aan weerszijden 6 steken af. Je houdt nog 99 (111 - 123 - 135) steken over.
- Brei verder in de fantasiesteek (met verticaal ajourpatroon) tot een totale hoogte van 49 (51 - 53 - 55) cm en kant de middelste 37 (37 - 41 - 43) steken af.
- Brei de twee helften apart verder. Je hebt nu aan elke helft 31 (33-37-42). Kant aan halszijde 2 steken af en 2 rijen hoger nog eens 2 steken. Let op dat het telpatroon blijft uitkomen (zie tips).
- Brei verder in de fantasiesteek en zet op een totale hoogte van 52 (54 - 56 - 58) cm de overblijvende 27 (33 - 37 - 42) steken op een extra breinaald (liefst zonder kop of een rondbreinaald). Knip de draad niet te kort af (minstens vier maal de lengte van de steken die je overhoudt) om later de schouders met de kitchener stitch aaneen te kunnen naaien (zie tips).
- Doe hetzelfde met de andere helft.
Voorpand
- Zet met breinaalden 4 mm 111 (123 - 135 - 147) steken op en brei 3 cm boordsteek 1/1. Begin en eindig de rij met een rechte steek.
- Brei vervolgens verder in de fantasiesteek (met verticaal ajourpatroon) tot een totale hoogte van 32 (33 - 34 - 35) cm en kant aan weerszijden 6 steken af. Je houdt nog 99 (111 - 123 - 135) steken over.
- Brei verder in de fantasiesteek (met verticaal ajourpatroon) tot een totale hoogte van 45 (47 - 49 - 51) cm en kant de middelste 21 (21 - 25 - 27) steken af. Plaats eventueel een draadje of stekenmarkeerder in de middelste steek van deze afgekante steken (zie tips). Je hebt nu 39 (45 - 49 - 54) steken voor elke helft.
- Brei de twee helften apart verder in de fantasiesteek. Kant aan de kant van de halszijde om de 2 rijen nog 1 x 4 steken, 1 x 3 steken, 1 x 2 steken en 3 x 1 steek af.
- Zet op een totale hoogte van 52 (53 - 56 - 58) cm de overblijvende 27 (33 - 37 - 42) steken op een extra breinaald (liefst zonder kop of een rondbreinaald).
- Doe hetzelfde met de andere helft.
Mouwen
- Zet met breinaalden 4 mm 65 (67 - 69 - 71) steken op en brei 3 cm boordsteek 1/1.
- Ga verder in fantasiesteek en maak in de eerste rij aan weerszijden een meerdering op 1 steek van de kant.
- Maak 2 rijen verder nog een keer een meerdering aan weerszijden.
- Meerder daarna nog 13 (14 - 15 - 16) keer om de 4 rijen aan weerszijden 1 steek. Je hebt na de laatste meerdering 95 (99 - 103 - 107) steken.
- Kant op een totale hoogte van 26 (27 - 28 - 29) cm de steken losjes af. (zie tips)
Afwerking
- Naai de schoudernaden dicht met behulp van de kitchener stitch. Dit doe je als volgt: leg de steken die samengenaaid moeten worden met de averechte kanten tegen elkaar en zorg dat je een draad hebt die ongeveer vier keer zo lang is als het stuk dat dichtgenaaid moet worden.
- Steek de wolnaald in de eerste steek van de voorste naald alsof je averecht zou breien en trek de draad erdoor, haal de steek niet af.
- Steek de wolnaald in de eerste steek van de achterste naald alsof je recht zou breien en trek de draad erdoor, haal de steek niet af. Deze handeling bij de voorste en achterste naald is het vastzetten van de steek en dit wordt bij elke steek herhaald.
- Steek nu de wolnaald weer in die eerste steek van de voorste naald alsof je recht zou breien en haal de steek ook ineens af. Steek dan de wolnaald onmiddellijk in de volgende steek op de voorste naald alsof je averecht zou breien en haal de steek niet af. Je hebt deze steek nu weer vastgezet.
- Steek nu de wolnaald weer in die eerste steek van de achterste naald alsof je averecht zou breien en haal de steek ook ineens af. Steek dan de wolnaald in de volgende steek op de achterste naald alsof je recht zou breien en haal de steek niet af.
- Herhaal de laatste twee puntjes totdat alle steken weggewerkt zijn.
- Raap met rondbreinaald 3,5 mm steken op voor het kraagje. Begin in de nek aan de naad van de rechterschouder met de goede kant naar je toe. Raap eerst de steken op in de nek aan het rugpand, dan aan de uitsnijding aan de voorkant en sluit de cirkel als je weer aan het begin komt. Zorg ervoor dat je een veelvoud hebt van 2 steken. Je zou moeten proberen uit te komen op een totaal van ongeveer 110 (114 - 118 - 120) steken (zie tips).
- Leg de verschillende panden op een yogamatje en bevochtig ze met een plantenspuit en laat ze 24 uur drogen aan de lucht.
- Schuif de mouwen tussen de afgekante steken aan de oksel en naai de bovenkant vast. Naai achteraf de kleine stukjes van de 6 afgekante steken ook nog apart vast aan de zijkant van de mouwen.
- Naai de rest van de mouwen dicht en de zijnaden van rug- en voorpand.
Tips
- Als je steken hebt moeten afkanten/minderen, zou het kunnen dat je telpatroon van de fantasiesteek niet meer klopt. Daarom zou je een draadje of een stekenmarkeerder kunnen hangen aan het begin van de zes steken die zich herhalen daar waar de minderingen/afkantingen impact hebben op het telpatroon.
- Indien je liever geen kitchener stitch gebruikt om de schouders aaneen te naaien kan je ervoor kiezen om gewoon de steken af te kanten (losjes) en de schouders met de matrassteek samen te naaien.
- Als je de middelste steken afkant van het voorpand om de halsuitsnijding te vormen, zou je in de middelste steek van deze af te kanten steken een draadje of stekenmarkeerder kunnen bevestigen om de op te rapen steken voor het kraagje juist te kunnen positioneren.
- Vooraleer je de steken van de mouw afkant, zou je een draadje kunnen bevestigen aan de middelste steek om bij het in elkaar naaien makkelijk het juiste punt te vinden om ze aan de schoudernaad te bevestigen.
- Als je de steken opraapt voor het kraagje, tel dan goed na of je evenveel steken hebt aan de linkerkant en rechterkant van de middelste steek waar je 21 (21 - 25 - 27) steken hebt moeten afkanten. Als het aantal steken niet zou uitkomen, geen nood. In de eerste toer die je effectief gaat breien kan je het aantal steken nog aanpassen door hier en daar twee steken samen te breien. Kies ervoor om ze samen te breien als je de steek recht breit, zodat de dubbele steek aan de binnenkant van het werk komt te liggen.

